Categorie: gebak

Ingrediënten (voor 12-15 soezen):

125 ml melk
125 ml water
3 snufjes zout
50g boter
2 snufjes nootmuskaat
150 g tarwebloem type 405
4 eieren

Verwarm eerst de oven voor op 200 graden (boven-/onderwarmte). 
Breng de melk, het water, de boter, het zout en de nootmuskaat in een pan aan de kook. 
Zeef de bloem en voeg in één keer toe.
Roer de ingrediënten onmiddellijk met een houten lepel tot een bal. 
Blijf het deeg lichtjes op de bodem van de pan drukken tot er een witte tot bruine laag ontstaat. 
Door het zogenaamde afbranden ontstaan ​​tijdens het bakken de typische gaatjes in de kern van de soezen.
Doe het deeg in een mengkom en laat afkoelen tot ongeveer 40 graden. 
Voeg vervolgens de eieren een voor een toe aan het deeg en roer goed door met de deeghaak (handmixer of keukenmachine). 
Wees er niet ongeduldig mee. 
Elk ei moet afzonderlijk in het beslag worden verwerkt. Het deeg moet glanzend zijn en van de lepel aflopen.
Deeg mengsel in een spuitzak met een grote stervormige spuitmond. 
Bekleed een bakplaat met bakpapier en spuit het deeg in cirkels in rozetvorm op de bakplaat. 
Als alternatief kun je het deeg met 2 eetlepels op de bakplaat leggen. De stapels deeg mogen niet te dicht zijn, omdat ze tijdens het bakken groter worden.
Zet de bakplaat in de voorverwarmde oven en giet 1 glas water (200 ml) op de bodem van de oven.
Sluit dan snel de ovendeur en open deze niet meer tijdens de baktijd. 
Anders zouden de soezen instorten. Afhankelijk van de grootte van de soezen is de baktijd 17-25 minuten. 
Ze moeten goudgeel zijn met mooie bruine punten.

Ingrediënten voor de gelei van rood fruit:

500 g (diepvries) gemengde bessen
50g suiker
30 ml water
300 ml rode vruchtensap
alternatief: rode wijn
30 gram maizena
1 biologische sinaasappel
2 kaneelstokjes
1 steranijs
1 kruidnagel
1 stokje vanille

Karameliseer de suiker in een grote pan met water op middelhoog vuur tot de massa ongeveer de kleur van amber heeft. 
Roer niet, maar draai de pot zachtjes rond. 
Blus de karamel af met 250 ml vruchtensap. 
Schil de helft van de schil van de sinaasappel. 
Schraap het vanillestokje eruit en voeg het vruchtvlees toe aan de pot met het stokje en de andere kruiden. 
Laat de saus ongeveer 5 minuten op laag vuur pruttelen.
Meng de maïzena met de resterende vloeistof tot er geen klontjes meer zijn. 
Verwijder de kruiden en breng het aan de kook. 
Voeg het zetmeelmengsel toe en roer ongeveer 30 seconden door.
Voeg het bevroren fruit toe en meng erdoor. 
Zet het fornuis uit en laat alles minimaal 30 minuten staan. 
Meng dan opnieuw.

Voltooiing:
slagroom
wat poedersuiker
Klop de room op. Snijd de soezen open en vul ze met gelei van rood fruit en een beetje room. 
Bestrooi tenslotte met poedersuiker.

Categorie: gebak

Ingrediënten:

113g ongezouten boter
480ml halfvolle melk
4 eieren, gesplits
4 druppeltjes azijn
150g poeder suiker
1 eetlepel (15ml) water
115g bloem
1 theelepel (5ml) vanille extract
extra poeder suiker om te bestuiven

Bereiden:

Oven voorverwarmen op 180 graden. Bakblik van 20 x 20 insmeren met boter.
Smelt de boter en laat een beetje afkoelen. Verwarm de melk, handwarm en zet even weg.
Eiwit samen met azijn stijf slaan.
Eigeel met suiker licht geel kloppen. Meng de gesmolten boter met 1 eetlepel water ± 2 minuten.
Meng de bloem tot het een geheel is. Langzaam de melk en vanille erdoorheen mengen.
Spatel de eiwitten er met liefde door.
Giet het mengsel in het bakblik en zet het in de oven voor 45-60 minuten. Wordt het te snel bruin dan even afdekken met alu folie.
Cake geheel laten afkoelen.
In stukjes snijden en poedersuiker erover.

Categorie: gebak

Ingrediënten voor 6 stuks
575 gr bloem
340 gr water
6 gr gist
60 gr honing
9 gr zout
40 gr olie (olijfolie of zonnebloemolie)

Meng bloem, water, gist en honing tot een bal.
Laat het deeg 10 minuten rusten.
Voeg zout en de olie toe en kneed er een soepel deeg van.
Het deeg is klaar als het licht plakkerig aanvoelt.
Vet een kom in met olie en leeg het deeg hierin.
Draai de bal een keer om zodat het aan weerszijden bedekt is met olie.
Dek de kom af met huishoudfolie of een natte theedoek en laat het ongeveer 90 minuten rijzen, of totdat het volume zich verdubbeld heeft.
Verwarm de oven voor op de heetste stand, bij mij is dit 250 graden.
Bakplaat met bakpapier.
Zodra het deeg gerezen is, verdeel je dit in 6 stukken. Maak er bolletjes van.
Strooi een beetje bloem op je werkblad en rol de bolletjes uit tot pitabroodjes van ongeveer 16 cm doorsneden.
Als het deeg te veel terugveert, laat je het tussentijds even rusten.
Bak de pitabroodjes af.
Zodra ze opbollen zijn ze klaar!

Categorie: gebak

Zutaten für das Pflaumenmus

    200 g zachte pruimen
    200 ml pruimensap
    100 g suiker
    20 ml brandewijn, hoeft niet mag wel
    1 kruidnagel
    1 kaneelstokje
    1 theelepel citroensap

Die Pflaumen im Pflaumensaft über Nacht einlegen. Dann mit den restlichen Zutaten in einen kleinen Topf geben und ca. 20 Minuten köcheln lassen (solange bis die Masse so eingedickt ist, dass sie anbrennen würde). Mit einem Pürierstab gut durchmixen und wenn nötig durch ein Sieb streichen. Das Mus sollte ziemlich fest sein.
Tipp:

Sollte das Mus nicht fest genug sein, im Ofen bei 160°C Ober-/Unterhitze erhitzen und immer mal wieder durchrühren, bis es dick genug ist. Dabei aufpassen, dass der Rand sauber bleibt, da es dort sonst anbrennen kann. Umfüllen und kaltstellen.
Zutaten für den Kartoffelteig

    250 g mehlig kochende Kartoffeln, in der Schale gekocht, über Nacht kaltgestellt
    1 Eigelb
    30 g feiner Hartweizengrieß
    50 g Mehl
    20 g Butter
    Salz
    Mehl für die Arbeitsfläche
    1 Eiweiß zum bestreichen
Zubereitung
Kartoffelpresse

Die Kartoffeln pellen und durch eine Kartoffelpresse drücken. Mit den restlichen Zutaten vermischen und zu einem „glatten“ Teig verkneten. Den Teig in die gewünschte Dicke ausrollen und Kreise von gewünschter Größe ausstechen (ca. acht bis zehn Zentimeter). Das Pflaumenmus in die Mitte geben, die Ränder mit verquirltem Eiweiß bestreichen und zusammenklappen. Die Teigtaschen auf eine Klarsichtfolie legen, damit sie nicht festkleben. Die fertigen Teigtaschen in sanft köchelndes, gesalzenes Wasser geben und je nach Dicke ca. fünf bis acht Minuten garen. Mit einer Siebkelle aus dem Wasser nehmen und abtropfen lassen.
Zutaten für süße Brösel

    50 g Butter
    50 g Semmelbrösel
    10 g Zucker
    Zimt

Zubereitung

Die Butter in einem kleinen Topf oder Pfanne bräunen, die Brösel darin rösten, Zucker zugeben und mit Zimt abschmecken. Die Tascherln in den Bröseln schwenken und servieren.